Koororgel 7

Dit orgel is uitgevoerd als kistorgel.
In 2000/2001 heb ik het gebouwd voor de cantor-organist van de SOW kerk in Delden, de heer Gerrit Hoekstra.
Hij had een compleet register 8 voets pijpen, die eerder waren gemaakt door een kennis van hem.
Die pijpen, kopieën van de Roerfluit uit het huisorgel van Gerrit, waren van uitstekende kwaliteit.
Ze hebben een wijde mensuur, dus veel grondtoon.
De grootste pijpen t/m e-klein zijn volledig gedekt en vanaf f-klein hebben ze doorboorde stoppen als roeren.
Met die pijpen als uitgangspunt heb ik het ontwerp gemaakt voor dit kistorgel.
Voor de windlade paste ik de constructie toe, die ik heb beschreven onder:
Windladeontwerp.

Voor grotere foto's er op clicken.

Voor het 4 voets register maakte ik gedekte pijpen van van eikenhout, gedeeld in bas- en diskant.
Een paar jaar later zijn daarvan de diskant pijpen vervangen door open metalen pijpen van Prestant mensuur.
Oorspronkelijk was het de bedoeling om ook zelf een Prestant 2 voet diskant van hout te maken, maar van een orgelbouwer kon ik toen een stel metalen pijpen overnemen. Deze orgelbouwer heeft het orgel daarna ook geintoneerd.

In het paneel onder het klavier heb ik een 3-tal opengewerkte panelen met figuurzaagwerk gemonteerd. Een identiek paneel, dat in de zijwand is aangebracht is uitneembaar gemaakt met het oog op 2 functies. Ten eerste kan het worden weggenomen om vanaf de zijkant de kleinste pijpen van de 4- en de 2 voet te stemmen, maar in de tweede plaats kan er op de plaats van dat paneel een hulpstuk met handvatten worden aangebracht, waarmee het gemakkelijker te hanteren is bij vervoer.
Voor de baszijde maakte ik een iets ander hulpstuk, dat kan worden vastgehaakt worden in de uitsparing, waar de 4 grootste pijpen tegenaan staan en waar hun (lucht)aansluiting zit. Met deze 2 hulpstukken kan het orgel gemakkelijk gedragen worden.
De windlade zit hier vrij laag omdat Gerrit een windmotor in een losse kist had; die hoefde dus niet in het orgel. Onder de windlade zit een kleine regulateurbalg, waarmee de winddruk op 50 mm WK wordt afgeregeld.
Bij dit orgel zitten er twee pijpenblokken in het front en worden de grootste vier pijpen er links (aan de baskant) in 2 blokken opzij tegenaan geplaatst.
Het klavier kan er uit worden gehaald en los worden meegenomen. Door intern verschuiven van de stekermechaniek kan worden getransponeerd naar 415, 440 en 466 Hz. Daarbij vervalt de toets CIS-groot bij 415 Hz en die van f 3 bij 466 Hz.
De registers worden bediend door horizontale hendels. Die van de 4 voet (gedeeld in bas- en diskant) zijn vlak boven elkaar geplaatst, waardoor ze met één handbeweging tezamen kunnen worden bediend.

Terug naar beginpagina

Terug naar Koororgeloverzicht